De meeste mensen kunnen aan hun kaliumbehoefte voldoen door evenwichtig te eten.
7
In sommige, zeldzame gevallen lopen mensen echter meer risico op een kaliumtekort. Hieronder vallen mensen met een nierziekte of inflammatoire darmziekte of mensen die laxeermiddelen of diuretica gebruiken.2,9
Als je andere medicijnen gebruikt, overleg dit dan aan je arts voordat je een kaliumsupplement neemt. Er kan een wisselwerking zijn met bepaalde medicijnen, waaronder angiotensine-converterend-enzym (ACE)-remmers en lisdiuretica.12
Kinderen hoeven geen kaliumsupplementen te nemen. Kinderen zouden tussen 2 en 15 jaar de kalium uit een gezonde en evenwichtige voeding moeten kunnen halen.13 Maar als je denkt dat je kind baat zou kunnen hebben bij wat extra voedingsstoffen, neem dan contact op met een diëtist of een voedingsdeskundige.
Oudere mensen mogen alleen kaliumsupplementen nemen als hun arts dat heeft geadviseerd. De reden hiervoor is dat, naarmate we ouder worden, de nieren het moeilijker krijgen om overtollig kalium uit ons bloed te verwijderen.7